Volgens hetgeen ons op school geleerd is, leven wij in een parlementaire democratie. Waarbij wij medezeggenschap hebben over wat er beslist wordt door om de zoveel tijd een bolletje te gaan kleuren bij wat verkiezingen genoemd wordt.
Na die verkiezingen gaan de kopstukken van de politieke partijen waarop u kon stemmen dan samenzitten om een zogenaamde “coalitie” te vormen die dan de regering wordt. De partijen die niet mogen deelnemen aan die coalitie worden “de oppositie” genoemd. Vanaf dan worden de beslissingen genomen door “de coalitie”. De oppositie heeft dan als taak om al wat die “coalitie” beslist, verkeerd te vinden en dan te zeggen hoe het wel zou moeten. Gezien ze (weten dat ze) dat toch nooit in de praktijk gaan kunnen brengen mag hetgeen ze zeggen totaal onrealistisch zijn. Zolang het maar goed klinkt.
Tegen de volgende verkiezingen hebben diegenen die in “de coalitie” zitten hopelijk zoveel verkeerde beslissingen genomen dat de mensen bij de volgende verkiezingen het bolletje van de oppositie kleuren zodat die “een coalitie” kunnen vormen (met de partijen waarvan ze tot de dag voor de verkiezingen zeiden dat die alles verkeerd doen ?). Waarna het spelletje herbegint.
Maar het spelletje begint al veel vroeger. In de politiek gaan verloopt meestal zo. Voor u in de politiek ging, was u al “sociaal geëngageerd”. Hetgeen betekende dat u lid was van het oudercomité in de school van uw kind(eren), in het bestuur zat van de lokale voetbalclub, fanfare, duivenbond, en ga zo maar door … . Op die manier kwam u waarschijnlijk in contact met de gemeentewerking. En ja, ook in de gemeentewerking zijn er raden en dergelijke voor “sociaal geëngageerde mensen”. Praatbarakken die aanleunen tegen de politiek en op die manier een aanvoerlijn vormen voor mensen die in de politiek willen gaan. Gewoonlijk zullen het mensen zijn die al in de politiek zitten, die u in 1 van de praatbarakken binnenloodsen. Het spreekt vanzelf dat er bij de praatbarakken al eens een individueel voordeeltje uit de bus valt. Een zitpenning, onkostenvergoeding, uitnodiging voor allerlei feesten en vergaderingen met etentjes. Het begint klein maar de boodschap is duidelijk : “Als u het systeem helpt, dan helpt het systeem u”
De volgende stap is om lid te worden van een politieke partij naar keuze en deelnemen aan de volgende verkiezingen om verkozen te geraken als gemeenteraadslid. Nieuwkomers krijgen jammer genoeg (nog) geen goede plaats op de kieslijsten en zullen hun stemmen dus moeten halen op basis van hun bekendheid die ze bij de bevolking van de gemeente opgebouwd hebben via hun lidmaatschap van verenigingen allerhande. En ze zullen ook moeten opboksen tegen mensen die al in het systeem zitten en het postje waar zij op mikken toegewezen krijgen voor bewezen diensten. “Als u het systeem helpt, dan helpt het systeem u”.
Maar de hulp die u krijgt van het systeem zal komen met een kostprijs : “uw vrijheid”. Overal waar u komt, zal u verteld worden dat als er ergens gestemd moet worden, u onder alle omstandigheden mag stemmen naar eigen goeddunken en volgens eigen eer en geweten. We leven ten slotte in een democratisch rechtssysteem, nietwaar? Het is alleen niet de bedoeling dat u dat nog gaat doen ook.
In de praktijk is het de bedoeling dat u stemt volgens “het partijstandpunt”. Als dat het omgekeerde is van wat uw eer en geweten u vertelt, dan is het toch de bedoeling dat u stemt zoals het partijstandpunt voorschrijft. U mag beslissen om dat niet te doen maar dan zult u merken dat de volgende keer dat er postjes met bijhorende voordelen uitgedeeld worden, uw naam niet op de lijst van de kanshebbers en zeker niet op de lijst van de uitverkorenen zal komen te staan. “Als u het systeem niet helpt, dan werkt het systeem u buiten”.
Als u in de gemeenteraad wil doorgroeien naar schepen dan zal dat jammer genoeg alleen mogelijk zijn als u bij iedere stemming het partijstandpunt gevolgd (en zelfs verdedigd) heeft. Maar de beloning is navenant. Iedereen die gedurende een min. periode schepen geweest is, heeft bij pensionering recht op een extra schepenpensioen bovenop zijn normale pensioen. Dat is dan naast de voordelen die het schepenambt op zich oplevert. Schepenvergoeding, zitpenningen, uitnodigingen voor vergaderingen met versnaperingen en feestjes allerhande. En natuurlijk de zitjes in allerlei raden van bestuur met de erbij horende (onkosten)vergoedingen, zitpenningen, …
De volgende stap is de provincieraad. De manier van werken is dezelfde als bij de gemeenteraad. De partij beslist of u voorgedragen wordt om deel te nemen aan de verkiezingen voor de provincieraadleden. Dus zult u gedaan moeten hebben wat de partij wil dat u doet omdat die partij u anders niet zal voordragen … Eens in de provincieraad zult u dat gedrag verder moeten zetten want anders duidt de partij bij de volgende verkiezingen iemand anders aan om in uw plaats deel te nemen aan die verkiezingen. En blijft u achter met lege handen. De vergoeding als provincieraadslid, zitpenningen voor de vergaderingen en zitjes in de raden van bestuur allerhande verbonden aan de provinciewerking gaan aan uw neus voorbij. “Als u het systeem (niet) helpt, dan helpt het system u (niet)”.
Als u nieuw bent in het politieke systeem dan zal het al heel goed moeten lopen om het tot in de provincieraad te schoppen. En als u niet bij de politieke elite hoort, zal het zelfs als u(w familie) al lang in de politiek zit heel moeilijk zijn om verder te geraken dan de provincieraad. Doen wat uw partij (het systeem) wil, gaat vanaf hier niet voldoende meer zijn om nog verder door te groeien naar het deelstaatniveau en van daaruit verder naar de nationale politiek. Om van de provincieraad door te groeien naar de deelstaatparlementen zult u trouwens weer moeten opboksen tegen diegenen die gebuisd zijn op het federale niveau en als dank voor bewezen diensten een postje krijgen op deelstaatniveau. Het is veel makkelijker om in een deelstaatparlement te komen als afdankertje uit het federale niveau dan als groeier uit de provincieraad. “Ons kent ons – Elite kent ons”.
Op het federale niveau is het nog erger. De familie Nothomb zit al in de nationale politiek sinds de oprichting van België, alhoewel die familie inmiddels niet meer de (eerste) ministers levert. Er zijn nog andere politieke dynastieën : “Tobback, Van Gucht, Dehaene, …”. De manier waarop dit werkt is altijd dezelfde. Zoontje of dochter komt net van school. Is onmiddellijk lid van de gemeenteraad van de gemeente waarin de politieke papa of mama woonachtig is. Ze krijgen onmiddellijk een goede plaats op de kieslijsten van de gemeente en worden dus ook dadelijk schepen en zelfs burgemeester van hun gemeente. Het provincieniveau wordt nogal eens overgeslagen om direct een zitje te krijgen in het nationale of toch minstens deelstaatparlement. Voorzitter van hun partij worden ze bij wijze van spreken vlak nadat ze lid werden van de partij.
Je gaat toch geen postjes geven aan mensen die al 30 jaar hun ziel aan het verkopen zijn om hogerop te geraken in de politiek en je eigen kinderen hun kans om uitzonderlijk veel te verdienen en overal een hoop voordelen te krijgen zonder er veel moeten voor te doen te ontnemen. Temeer omdat de elite van “de kinderen van …” weet dat het trouwe volgelingen zijn. De media die onder controle staat van de elite steekt wat dat betreft trouwens nog een handje toe. Diegenen die al 30 jaar hun ziel aan het verkopen zijn worden niet geïnterviewd. Maar het zoontje of dochtertje van … wel. Gratis media aandacht = gratis bekendheid = gratis stemmen.
Tegen de volgende verkiezingen hebben ze de mensen die al 30 jaar aan het vechten zijn voor een beter plekje op de kieslijst al ver achter zich gelaten. Die mogen tevreden zijn dat ze hun wagonnetje aan het zoontje of dochtertje van kunnen vasthaken. Kritiek op dit overerven van politieke postjes leidt naar : “Het systeem werkt u buiten …”
En het wordt nog beter. Nationale politici die fouten maken, hun populariteit verliezen, … worden weggepromoveerd naar Europa. Een degradatie kan je dat niet noemen. Want de verloning voor een Europees postje is nog (veel) hoger dan die voor een Belgisch postje. “Als u het systeem helpt dan helpt het systeem u”.
Maar zoals gezegd in het begin. De kostprijs voor de hulp van het systeem is het opgeven van uw vrijheid. Wiens brood men eet, diens woord men spreekt. En het is het woord van de elite. Hoezeer de politiek u ook verteld dat zij het hoogste niveau zijn. Dat zij degenen zijn die de beslissingen maken. Het is niet waar. De politiek is niet meer dan een tussenniveau in de hiërarchie van jan met de pet tot de elite. Een doorgeefluik van de orders van de elite van de top tot helemaal omlaag. Kijk naar de coronatijd. Is er 1 moment geweest dat de politiek ook maar iets in de pap te brokken had over wat te doen? In tegendeel! De politiek heeft het order gekregen om (ongemerkt) een pandemiewet door het parlement te loodsen die de elite, als ze het nodig acht, zal toelaten om uw vrijheid te herleiden tot “0”. Enkele politici hebben wat kritiek geuit op de pandemiewet en / of de coronamaatregelen. Maar verder dan wat mondelinge kritiek, zonder ook maar iets te doen, is het nooit gegaan. Geen enkele politicus heeft de pandemiewet ongrondwettelijk laten verklaren (terwijl die dat wel degelijk is). Geen enkele politicus heeft de coronamaatregelen ongrondwettelijk laten verklaren (terwijl die dat wel degelijk zijn). Allemaal hebben ze uiteindelijk gedaan wat de Elite wil. En ze hebben dat allemaal gedaan voor dezelfde reden. “Niet doen wat de elite wil leidt naar uw postje verliezen, geen (nieuw / beter) post meer krijgen”.
En ja, ik weet het, het Vlaams Belang gaat ons redden. Zij gaan het anders doen. Vergeet het. Het Vlaams Belang lijkt misschien niet bij het systeem te horen. Maar zit er tot over zijn oren in. Als die aan de macht komen gaan die net hetzelfde doen als alle anderen. Veel praten maar uiteindelijk braafjes doen wat de elite wil. Het maakt niet uit op welke partij u bij de volgende verkiezingen gaat stemmen. Allemaal hangen ze met handen en voeten vast aan de elite. En doen ze alleen maar wat de elite wil. Of de ene, dan wel de andere partij aan de macht komt gaat helemaal niets uitmaken over wat er allemaal gaat gebeuren.
De hiërarchie is als volgt:
De Elite bepaalt wat er moet gebeuren en geeft dat door aan de wereldorganisaties die zij opgericht hebben : “Verenigde naties, WHO, OESO, Europese unie (jawel), …”
Die geven het verder door aan de nationale regeringen.
En die weer verder naar hun deelstaatregeringen.
Van daar gaat het naar de provincies
En die geven het weer door naar de gemeenten
Ieder hoger niveau legt uit aan het lager niveau welke wetten gestemd moeten worden, welke maatregelen genomen moeten worden en het onderliggende niveau moet dat uitvoeren. Als ze dat doen dan krijgen ze subsidies. En waar subsidies zijn, verschijnen postjes, zitpenningen. “Het systeem houdt het systeem in stand”.
In het communisme haatte iedereen de communistische partij. Maar iedereen was voor zijn eigen welvaart zo afhankelijk van de communistische partij dat iedereen uiteindelijk toch deed wat de communistische partij wou, zelfs al haatten ze net dat hartsgrondig.
De elite heeft iedereen in zijn zak, van het kleinste gemeenteraadslid, tot de grootste eerste ministers, en de meesten beseffen niet eens dat dit zo is.