We worden er dagelijks mee geconfronteerd: duurdere benzine, duurdere elektriciteit, duurdere producten in de winkel. Enfin zo lijkt het toch. Het zijn niet die producten die duurder worden, maar ons geld dat dagelijks meer en meer van zijn waarde verliest.
Hoe is het zo ver gekomen? Hiervoor moeten we terug in de tijd. Gans dit artikel beschrijft de situatie in Amerika. Tijdens het lezen zal u al vlug beseffen dat het er hier net hetzelfde aan toe gaat.
In de periode 2008-2010 daverde de financiële sector op zijn fundamenten. Meerdere grote banken dreigden failliet te gaan wat voor een financieel/economisch bloedbad zou zorgen. Om dit te voorkomen pompten overheden wereldwijd massa’s geld in de banksector om deze overeind te houden wat op het eerste zicht leek te werken. Na deze stimuli begon de economie zich al vlug terug te herstellen en leek het probleem van de baan. Maar was dit wel zo? Was deze financiële crisis misschien een symptoom van een veel dieper probleem?
Om dit alles te begrijpen, moeten we terug naar 1944 naar het einde van WOII waar landen samen kwamen in Bretton Woods om een nieuw financieel systeem te creëren om de wereld na 4 jaar oorlog te stabiliseren. Tijdens deze conferentie werd de Amerikaanse Dollar geselecteerd als de reserve munt van de wereld. Dit betekende dat andere munten gekoppeld werden aan de $. De dollar werd dan gekoppeld aan goud ($ 35/ounce). Onrechtstreeks werden valuta wereldwijd dus gelinkt aan goud. Ze konden hun eigen valuta omruilen tegen andere valuta, om die dan om te ruilen tegen goud. Als landen hun valuta effectief omruilden tegen goud, werd dit goud meestal bewaard in de VS. Dit ging een tijd goed tot de VS een begrotingstekort kreeg. Meerdere landen vreesden dat Amerika meer geld aan het uitgeven was dan dat ze goud in stock hadden en begonnen hun valuta massaal om te ruilen voor goud kwestie zeker te zijn dat ze niet uit de boot zouden vallen. Dit zorgde er natuurlijk voor dat er enorm veel goud uit Amerika verdween.
Op 15 augustus 1971 nam toenmalig president Nixon dan ook een drastisch besluit: met het excuus dat de dollar moest beschermd worden tegen speculanten schortte hij tijdelijk de inruilbaarheid van dollars voor goud op. Die tijdelijk opschorting duurt ondertussen al 50 jaar. Alle problemen die we nu in ons financieel systeem zien, zijn terug te leiden naar deze beslissing in 1971 om af te stappen van de goudstandaard.
Goud zorgde voor discipline. Overheden konden immers niet meer geld uitgeven dan dat ze goud in stock hadden. Als er dan een begrotingstekort was stroomde er goud het land uit tot er terug een evenwicht was. Sinds men afgestapt is van de goudstandaard heeft de VS geen enkele keer nog een begrotingsoverschot geboekt. Dezelfde situatie die je ook in andere landen ziet. Ons eigenste land is er een perfect voorbeeld van. Of de economie nu goed draait of niet. Ieder jaar hebben we een begrotingstekort waardoor de staatsschuld altijd maar blijft stijgen.
Door de dollar los te koppelen van goud, creëerde president Nixon een situatie waar andere valuta door niets meer ondersteund werden. Geld dat door niets ondersteund wordt noemen we fiat geld. Enfin dit is geen geld, maar valuta. Maar daarover later meer.
Het enige waar fiat geld door gesteund wordt is door beloftes van de overheid. Fiat komt uit het Latijn en betekent “valuta dat circuleert onder dwang”. Als mensen vertrouwen hebben in deze valuta of er is genoeg dwang van de overheid dan kan deze valuta voor een tijd circuleren tot mensen hun vertrouwen erin verliezen.
Momenteel gebruiken alle landen ter wereld valuta maar geen geld. Ooit komt er een dag (en persoonlijk denken we niet dat dit nog lang gaat duren) voor mensen gaan begrijpen wat het verschil is tussen een valuta en tussen echt geld. Geld is een ruilmiddel dat bestaat uit iets van intrinsieke waarde. Enfin, zo was het toch tot politici besloten dat iets van intrinsieke waarde niet meer nodig was, waarbij ze zelf dicteerden wat geld was zoals bv. onze Euro briefjes. En dat is dan ook het probleem. Overheden wereldwijd hebben het recht om te bepalen dat iets dat geen waard heeft toch geld is en wij moeten dat zo maar accepteren. Een systeem dat de economie wereldwijd kapot maakt.
Omdat valuta door niets ondersteund worden, wordt hun waarde enkel bepaald in hun relatie met elkaar. Gezien landen met zwakke munten goedkope producten kunnen maken, devalueren landen hun eigen valuta zodat ze een aantrekkelijke handelspartner worden.
Ponzifraude
Ponzifraude is een methode om mensen op te lichten door een belegging aan te bieden waarbij de uitbetaalde gelden (deels) worden gefinancierd uit de inleg van nieuwe klanten. Vaak biedt de oplichter daarbij een rendement aan dat erg hoog is bij een laag voorgespiegeld risico. Klinkt dit niet te mooi om waar te zien? Inderdaad, omdat het niet waar is.
Bij een echte belegging wordt er geld belegd om waarde te creëren bv. via de beurs of in vastgoed waar weinig risico is. Op langere termijn zorgt deze investering voor genoeg rendement om de originele investeerder terug te betalen plus wat winst.
Bij ponzifraude wordt er een megawinst beloofd op korte termijn. Hoe werkt dit? In plaats van de investeren in iets van waarde worden er gewoon nieuwe investeerders gezocht om de vorige investeerders terug te betalen. Deze nieuwe investeerders is natuurlijk hetzelfde beloofd. Dus de cyclus herhaalt zich waar er terug nog meer investeerders moeten gezocht worden zodat ook zij kunnen terugbetaald worden. Dit terwijl degene die deze fraude gestart is geld ontfrutselt van iedere groep investeerders. Gezien ponzifraude niets van waarde creëert, moeten er steeds grotere en grotere groepen investeerders gezocht worden. Uiteindelijk kunnen er geen nieuwe investeerders meer gevonden worden en stort het systeem in elkaar. Of te veel investeerders die tegelijkertijd hun geld opvragen waardoor dit systeem instort. Natuurlijk is degene die deze fraude opgezet heeft al lang met zijn zakken vol met geld met de noorderzon verdwenen terwijl de investeerders met niets achterblijven.
Met de dollar niet langer gelinkt aan goud kon de Amerikaanse Treasury zoveel geld lenen en uitgeven zoals ze wilden. Als de overheid geld nodig heeft, dan leent ze dit bij de Federal Reserve (FED). De FED print dan het geld voor deze lening en de overheid geeft de FED een IOU (I Owe You = ik ben u verschuldigd). Deze IOU’s noemt men staatsbons. Met het geld van deze lening betaalt de overheid zijn verplichtingen (pensioenen, ziekenzorg,…). Ondertussen werken de FED en de Amerikaanse Treasury nauw samen om deze staatsbons te verkopen. Deze worden verkocht aan buitenlandse centrale banken, pensioenfondsen en zelfs particulieren. Waarom zouden ze deze niet kopen? Geld lenen aan de Amerikaanse overheid betekent toch weinig tot geen risico niet?
Maar als de overheid dit geld gebruikt om zijn rekeningen en voorgaande leningen terug te betalen waar haalt de overheid dan het geld vandaag om de huidige lening + interest af te betalen? Is investeren in een Amerikaanse staatsbon slecht een klein onderdeel in een veel grotere ponzifraude?
En het spijtige antwoord is ja, zonder twijfel. Het lijkt alsof ze geld uitlenen aan overheden waarbij overheden akkoord gaan om deze leningen af te betalen inclusief de interest. Dit geld wordt aan overheden gegeven. Voordien bestond dit geld gewoonweg niet. Het wordt vanuit de lucht gemaakt met gewoon wat aanslagen op een computertoetsenbord. Met een vingerknip beschikt de Treasury terug over een paar miljard om uit gegeven waarbij de Federale Overheid aansprakelijk wordt om deze lening incl. interest terug te betalen van de FED. Het probleem is dat ze die lening nooit kunnen terugbetalen (begrotingstekort), laat staan de verschuldigde interest op die lening. Dus gaan ze gewoon een nieuwe lening aan om de vorige lening+interest terug te betalen. Dit zorgt ervoor dat de staatschuld altijd maar groter wordt.
We hebben dit al een paar keer besproken, maar ons huidig monetair systeem is een schuldensysteem. Geld wordt gecreëerd op het ogenblik dat er geld geleend wordt. Hierbij beloven we dat we deze lening zullen terugbetalen inclusief de interest die we op deze lening verschuldigd zijn. En hier zit nu net het probleem. Stel dat er maar één € bestaat en je leent deze bij de bank. Als interest moet je € 1 betalen. Waar ga je die 2de Euro dan vandaan halen? Deze bestaat nergens. Dus de enige manier om aan deze Euro te geraken is door een nieuwe lening aan te gaan. Vandaar ook dat dit een ponzifraude is. De leningen kunnen nooit afbetaald worden. Je moet altijd nieuwe leningen nemen waardoor je altijd zwaarder in de schulden geraakt.
Zo heeft de VS al sinds 1971 ieder een handelstekort. De VS heeft dus veel meer producten van andere landen gekocht dan vice versa. Japanse auto’s en elektronica, olie uit het Midden-Oosten en winkels vol goederen uit China. De VS betaalt deze in dollars. Echter mochten deze landen de winst uit deze dollars inruilen tegen hun eigen valuta dan zou deze valuta in waarde stijgen waardoor ze minder interessant worden als economische handelspartner.
In de plaatst kopen deze landen er Amerikaanse staatsbons mee. Landen wereldwijd verkopen eerst hun goederen aan de VS en worden betaald in dollars. Dollars die eerst geleend werden bij de FED waardoor er staatsbons gecreëerd werden. Vervolgens kopen deze landen deze staatsbons op met de winst die ze gemaakt hebben met de verkoop van hun goederen. De overheid spendeert het geld van deze leningen om zijn verplichtingen als pensioenen e.d. te betalen en om sommige IOU’s terug te betalen. Maar om dat allemaal te kunnen betalen moet de overheid steeds grotere en grotere leningen afsluiten. Door oude leningen af te betalen met nieuwe leningen lijkt het erop dat gans de wereld geïnvesteerd heeft in 1 grote ponzifraude.
Heel simpel als men niet constant nieuw geld uit het niets zou creëren in steeds grotere hoeveelheden, dan zou gans dit systeem in elkaar storten. Amerika moet meer en meer geld lenen. Des te meer geld ze vandaag lenen, des te meer geld ze in de toekomst moeten lenen. Als men ooit stopt met het uitgeven van leningen implodeert gans dit systeem.