PANDEMONIUM
Of de teloorgang van het sprookjesparadijs (deel 5bis)
Laten we een kaars branden voor Harvey Wiley
Nu het bfos-schandaal aan de oppervlakte is gekomen, kan ik niet anders als mijn verhaal van sluipend gif aan te vullen met nog wat meer historische informatie. Ik moet zeggen dat het nieuws als een heel koude douche over me heen kwam. Dacht ik even dat 3M eerder gestopt was omwille van de rampzalige gevolgen voor de volksgezondheid in de VS. Nee dus. Als uitvinder van het spul zou dit bedrijf de hoofdverantwoordelijke zijn voor de tragedie, die ondertussen globale proporties heeft gekregen. Het zit letterlijk in iedereen en overal. Uiteraard was het een fantastisch product. Toegepast in sofabekleding bv. mocht je er op smossen zoveel je wou, een vlek werd zo verwijderd. Het was perfect water-, vet- en vuilafstotend. Geen wonder dat DuPont er ook brood in zag voor de anti-aanbakpan. Die ging nadat zijn leverancier stopte maar zelf aan de slag om het ding te maken. Alles te vinden in de reeds aangehaalde docu en film ‘Dark Waters’, zie deel 5. 3M kan dus nooit bekennen dat deze stof mensen ziek maakt. Dat zou niet alleen zelfmoord betekenen, maar verregaande repercussies hebben voor andere ondernemingen. Want zou het enkel de brandweer zijn die materiaal met Pfos gebruikt? Ik kan me zo indenken dat veel bedrijven en niet in het minst voedingsbedrijven deze vet- en vuil-afstotende laag ook wel kunnen gebruiken. Pas op, ik zeg niet dat dit zo is. Een slim, vooruitziend bedrijf neemt dergelijk risico niet. De vraag is of deze niet erg dun gezaaid zijn. Een boek dat tegenwoordig voor astronomische prijzen wordt verkocht, tweedehands dan nog, is “100 jaar medische leugens. Hoe medicijnen en voedsel je gezondheid ondermijnen.” Hop, ondertussen is het al uitverkocht, zie ik. Maar niet getreurd, de Engelse versie kun je nog voor pakweg 10 euro als e-book lezen. De schrijver is Randall Fitzgerald, een Amerikaans onderzoeksjournalist.
Wat er ook van zij, de Pfos-zaak zal een stille dood sterven. Veel te grote belangen en belanghebbers mee gemoeid. Wat zal de parlementaire commissie opleveren? Daarbij moet ik altijd denken aan die heerlijk satirische reeks op de BBC – auntie beeb, waar ben je toch gebleven? – “Yes minister” en “Yes prime minister”. Wanneer de minister verveeld zit met een schandaal, oppert de topambtenaar die hem toegewezen is (de typische cynische civil servant die het klappen van de zweep kent), dat ze misschien een parlementaire commissie kunnen opstarten om de affaire in de doofpot te stoppen. Hoe oud is die serie al? Maar ja, the show must go on. Bovendien, het lijkt er nu op alsof één bedrijf alle zonden Israels op zijn rug geschoven krijgt, maar Bfos is niet de enige gevaarlijke stof die onze gezondheid bedreigt. Om dat te begrijpen was er weer een voortreffelijke docu op Arte over de “Poison Squad”, een initiatief van chemicus en luis in de pels van de industrie, de honorabele Harvey Wiley, een prachtmens. Daarin leren we dat we al vanaf midden 19de eeuw, de bloeiperiode van het wilde, ongeregelde kapitalisme, door de industrie vergiftigd worden. Wat zijn we toch een sterk specimen, niet. Als onkruid slikken we alles, passen ons aan en leven verder, met blutsen en builen weliswaar, maar niet te vernietigen. Ga daar maar eens aan staan, heren én dames uiteraard, verdelgers.
Maar terug naar Harvey Wiley. Als gezonde farmboy en later prof chemie ergerde hij zich aan de toxische stoffen die aan tal van voedingsmiddelen werden toegevoegd. Zo werd melk aangevuld met formaldehyde, een giftige stof die gebruikt wordt om lijken te balsemen. Deze melk werd aan kinderen gegeven, die ervan stierven. Hij ontdekte eveneens dat o.a. het zeer giftige borax, sulfiet en tal van ander spul werden gebruikt, meestal om versheid, kleur en consistentie van vlees en verse groenten te verbeteren. Eerst kreeg hij enkel steun van de sufragettes, die voor de huisvrouwen opkwamen. Ze waren de eerstelijns geïnteresseerden omdat ze voor man en kinderen gezond voedsel wilden bereiden. Steun van Roosevelt, de notoire Teddy, kreeg hij toen de blikken met bedorven vlees toonde, bestemd voor de Amerikaanse soldaten die in Cuba tegen Spanje vochten. Later zou die hem aanstellen als directeur van een instituut voor volksgezondheid, maar onder druk van de industriële lobby toch terugkrabbelen. Je merkt hoe toen ook al de verhoudingen tussen politiek en industrie waren.
Met overheidsfondsen kon hij een soort van testpanel opstarten van jongemannen, twintigers en dertigers, die zouden aanzitten aan een giftig banket, klaargemaakt door een chefkok. Je ziet die kerels, allen netjes in pak en met een tits, je weet wel zo’n strohoed die begin twintigste eeuw furore maakte, aanschuiven bij de deur van het instituut. Ze werden in de kranten al snel “The Poison Squad” genoemd. Van Borax werden de mannen langzamerhand ziek, maar vooral de formaldehyde bezorgde hen al snel orgaanfalen, zodat die test onmiddellijk werd stopgezet. Dit kreeg wel wat rumoer in de pers, die toen nog vrij kritisch was voor het politiek-industrieel complex, maar niet genoeg om echt in te grijpen. Zoals zo vaak zou een pakkend verhaal de bal aan het rollen brengen. Wie zei weer dat je mensen niet met rationele argumenten, maar met emoties moet overtuigen? Er kwam een bestseller op de markt die onder de titel “The jungle” de afgrijselijke toestanden in de slachthuizen van Chicago aanklaagde. Nu was het de bedoeling van de auteur om vooral de mensonterende arbeidsomstandigheden aldaar aan te klagen. En ik weet niet of het lag aan het sneltempo van de film, die ouwe filmfragmenten hé, maar de jachtige bewegingen waarmee je die slagers worsten ziet draaien en karkassen klieven lijken me moordend. Ondertussen kregen de lezers wel mee dat er ratten rondliepen en dat die wel eens samen met het andere vlees werden vermalen, net als een hand van een arbeider. Dat bracht een andere bal aan het rollen, die van de voedselveiligheid. Teddy Roosevelt, de oorlog in Cuba indachtig, liet eindelijk wetten stemmen die onder leiding van Harvey Wiley zouden gecontroleerd worden. Fijn zul je zeggen, maar dat is buiten het oeverloze geduld van de industrieel gerekend. Een andere president, een andere minister van volksgezondheid en Harvey mocht opkrassen. Hij stelde ook het gebruik van cocaïne in coca-cola aan de kaak, vooral omdat dit drankje zich richtte op jongeren en kreeg gelijk. Het was echter een schrale troost, omdat de drug gewoon vervangen werd door cafeïne, te veel om gezond te zijn, volgens Harvey. Hiermee haalde hij evenwel bakzeil en mocht vertrekken. Later, toen de zeden wat gemilderd waren, werd hij in eer hersteld en zodoende lag hij mee aan de basis van de Food and Drugs Administration, de FDA. Dat er nu toch nog enige mate van controle is, hebben we aan hem te danken. Maar ik denk niet dat hij tevreden zou zijn met de weg die we nu weer opgaan. Toegegeven, gif is ook in de natuur te vinden. Er zijn planten en dieren die gif gebruiken om hun prooi te doden, of om zich te verdedigen tegen vijanden. Je zou kunnen zeggen dat de ethiek van de mens, de zelfverklaarde kroon op de evolutie, het niet verder heeft gebracht dan dat.
Zo hoorde ik naar aanleiding van het huidige gifschandaal weer iemand pleiten voor eieren van legbatterijen in plaats van die van scharrelkippen, uit eigen tuin of van de bioboeren. Nu weet ik sinds Keuringsdienst van Waarde, dat heel interessante consumentenprogramma op de jongerenzender (jawel!) van Nederland 3 dat deze arme beestjes antibiotica krijgen. Het staat wel onder een andere naam op het voer, maar het is antibiotica, wat door een dwarse wetenschapper bevestigd werd. Oef, ze bestaan nog. Die antibiotica wordt niet enkel gebruikt om besmettelijke ziektes te vermijden, die veelvuldig voorkomen door de onnatuurlijke en ongezonde levensomstandigheden van de dieren, maar ook om ze op korte tijd zo dik mogelijk te krijgen. Dit laatste geldt voor de vleeskippen, die zeer jong zijn als ze geslacht worden, prille tieners eigenlijk, om het in mensentermen uit te drukken. Het gifschandaal heeft dus een bijkomend negatief effect. Het geeft wind in de zeilen van de intensieve kippenteelt en maakt de huisvlijt en bioboer kapot. Dank je, Herman Brusselmans, voor je pakkende tekst over de plofkip. Bovendien is overmatig antibioticagebruik een echt gevaar voor de mensheid. Er zijn nu al bacteriën die met geen middel meer te stoppen zijn, maar de ernst hiervan moet wijken voor dat supervirus blijkbaar. Men leze hiervoor het uitstekende boek van van Geoffrey Cannon: “De nieuwe ziekteverwekkers. De wraak van de natuur. Antibiotica, een droom wordt nachtmerrie”.
Het ethisch besef van de mensen die ons tot gezondheid verplichten is een dubieuze zaak, dat lijkt wel duidelijk te worden. Wat commercieel oninteressant is, mag niet als er een probleem met de volksgezondheid uitbreekt. Wat commercieel gewin oplevert, mag wel, met of zonder normen. Daar deze normen voortdurend veranderen, evenals de definities van de stoffen, geeft te denken. Dat wordt dan maar verklaard door het “voortschrijdend inzicht”, een uitdrukking waarmee je vandaag de dag constant om de oren wordt geslagen. Het viel me trouwens ook weer op hoe de coronacijfers gebracht worden door onze staatszender. Als er een nieuwe golf wordt aangekondigd krijg je bij de besmettingen stijgingspercentages. Als de cijfers dalen krijg je ze enkel nominaal. Er wordt meer getest, dus er worden meer besmettingen ontdekt, is dan het evangelie. Maar ik wil hier ook percentages hebben, percentages op het totaal aantal testen en die dan vergelijken. Het feit dat deze testen geen waarde hebben nog daargelaten. We hebben immers allemaal corona in ons, al van in de jaren vijftig van vorige eeuw, volgens experts. In feite zouden we allemaal positief moeten testen.
De vraag is, hoe kunnen we de ethiek, die alle mensen eigen is, weer in het machtsapparaat brengen? Niet door wetten en regeltjes, dat bewijst de treurgeschiedenis van het menselijk ras. Niet door elke CEO of minister op zijn ethische waarde te testen, dat bewijst het gesjoemel met dergelijke dingen. Niet door de ideale, universele ideologie, zoals de Weffers ons willen opleggen. Wij mensen zelf moeten het voortouw nemen. Wij moeten blijven proberen om onze heersers te verplichten de ethische normen die ze intrinsiek bezitten, weer toe te passen. Daarin moeten we ze steunen zodat ze de moed krijgen om zich te verzetten tegen het kapitalistische monster. Nee, het kapitalisme is niet de beste oplossing omdat er geen betere is. Er zijn meer modellen mogelijk dan communisme en kapitalisme. Die zijn mislukt en leiden ons naar de afgrond. Ze steunen beide op het psychopathische principe dat degene die de minste scrupules heeft overwint. Wij mensen moeten volhouden, zoals Harvey Wiley en nu John Ioannidis en tal van andere dwarsliggers die een humane samenleving tot scha en schand verdedigen. We zijn met veel en we kunnen veel. Zoals Donovan al in “The universal soldier” zong, is het de soldaat die de oorlog kan beëindigen. Want zonder hem zou Ceasar alleen hebben gestaan. We hebben nu de communicatiemiddelen om al onze zielsverwanten over de hele wereld samen te brengen. We moeten zoveel mogelijk mensen blijven informeren en overtuigen dat een betere wereld, zonder technocratische dwingelandij, mogelijk is. Ik heb er hoop op. Gisteren ontdekte ik langs een godvergeten landweg, op een bushokje, meer een geraamte eigenlijk, overwoekerd door wilde winde, een zelfgemaakte poster van een schaap met een mondmasker en daarbij een gifsymbool. Als het hier kan, kan het overal, dacht ik. Het is zoals het Google-filmkarretje dat je in het midden van de wildernis tegenkomt. Die zijn er ook geraakt.
Eva Frans – juli 2021