Het merendeel van de artikelen op wakkernieuws.be schrijven we zelf. Af en toe komen we eens een anderstalig artikel tegen dat we zo goed vinden dat we dit vertalen. Dit is zo een artikel. Onze excuses als er onderweg wat verloren gegaan mocht zijn in de vertaling. Er zitten vele woordspelingen in naar de Engelse taal. We hebben ons best gedaan om dit zo goed mogelijk te vertalen zonder deze woordspelingen verloren te laten gaan. Ook in onze taal hebben we veel van deze woordspelingen zoals “het water staat ons tot aan de lippen”, “een bedrijf dat kopje onder gaat”,…
Er zijn 2 soorten wetten
In de oudheid, bijna net zo ver terug als de opgetekende geschiedenis, ontstond het idee dat er
dat er maar twee plaatsen waren waar mensen konden zijn: “op het land” of “op het water”. Dit idee
gaat zo ver terug in de geschiedenis als het oude Babylon, en was vooral belangrijk voor het
Romeinse Rijk.
Als gevolg daarvan ontstonden er twee soorten wetten: de “wet van het land” en de “wet van
de zee.” De “wet van de zee” (wet van het water) is de wet van het geld. De “wet van het land” is
de wet van een bepaalde cultuur van mensen, die een bepaalde landmassa bezetten. “Mensen van het
land” hebben hun eigen gewoonten, tradities, talen, geloofsovertuigingen, gebruiken, religies, filosofieën, moraal, waarden, enzovoort. Onder “natuurrecht” (wet van het land), zijn dingen toegestaan op sommige plaatsen, maar niet op andere. Wanneer landen “soeverein” zijn en hun eigen wetten kunnen maken, is dit “natuurrecht” — de “wet” van het land.
Volgens Black’s Law Dictionary, komt “natuurrecht” voor, en heeft voorrang boven andere soorten wetten, maar wij worden verondersteld daar niets van te weten. De “mensen” die de touwtjes in handen hebben, willen niet dat wij de natuurwet naleven; “zij” geven niets om de cultuur of tradities van wie dan ook — waar ook ter wereld. “Ze” willen dat iedereen onder dezelfde wet valt (Wereld regering); dit is waarom het belangrijk is om het “internationale zeerecht” te begrijpen, dat is de “wet van de zee”, de “wet van het water” en de “wet van het geld”.
Geld is water
De “wet van het water” is bankieren; het is de “wet van het geld.” Geld geeft niets om grenzen, gewoontes, tradities, moraal, waarden, overtuigingen, meningen, religies, of iets anders. Geld kan overal ter wereld gebruikt worden, en het maakt niet uit wie je bent of waar je vandaan komt; geld, en de “wet van het geld” gaat op jou van toepassing zijn. U kunt uw creditcard meenemen en overal gebruiken, over elke grens ter wereld.
Geld is een “liquide” goed; dit is de reden waarom we soms een “liquidatie” verkoop zullen zien. We kunnen soms met ons hoofd “onder water” staan, als we achterlopen met onze betalingen. Handel is water; daarom zeggen we dingen als: “we verdrinken in een zee van schulden”, of “de markt is opgedroogd”. Banken moeten worden “gered”, omdat ze niet kunnen blijven “drijven”, en je kunt maar beter je hoofd “boven water” houden, als het gaat om je cash “flow”. We hebben gehoord van “slush” fondsen (slush = smeltwater), “, en de “trickle-down” theorie van de economie (trickle = druppelen). Geld wordt verondersteld “naar beneden te druppelen” van de rijken naar de armen – het lijkt erop dat er ergens een verstopping in de leidingen zit; het “druppelt” in de verkeerde richting.
Niets “druppelt ooit naar beneden” van de regering naar “het volk” — behalve het kortste eindje van de stok. Dit alles, en nog veel meer, beschrijft dingen die met geld te maken hebben; dat komt omdat geld water is, en het is een uitdrukking van het “recht van de zee” — internationaal maritiem admiraliteitsrecht.
Banken sturen de stroming
Alles wat met bankieren te maken heeft, valt onder het internationale zeerecht van admiraliteit. Alle woorden en termen die met bankieren te maken hebben vallen onder dit type recht – de “wet van het water”. “Banken” staan aan beide zijden van een rivier; de oevers sturen de stroom van het water (de current-cy). Dit is waarom geld “currency” wordt genoemd, omdat het “stroomt” tussen de “banken”, en de “banken” de “stroom” sturen, zie je?
Schepen zijn altijd vrouwelijk
Alle schepen zijn vrouwelijk; je zult nooit een admiraal of kapitein naar hun schip horen verwijzen als mannelijk. Een schip is altijd vrouwelijk. Het maakt niet uit of het een schip in het water is, een “rocketship (rakket)”, “air ship (luchtschip)”, ruimteschip, moederschip (nooit een vaderschip), of een ander soort schip — het is altijd een “zij”.
Dit komt omdat, volgens het internationale zeerecht, alle schepen vrouwelijk zijn; volgens de wet zijn alle schepen vrouwelijk. Dit komt omdat het de vrouw is die het “product” “aflevert”. “Ze vaart de haven binnen om het product in het land af te leveren. De man “vervaardigt” het product, maar nadat de “arbeid” gedaan is, “levert” de vrouw het product.
Mensen zijn slaven
Wanneer “zij” de haven binnenvaart, ligt zij in haar “aanlegplaats”; het schip wordt dan afgemeerd aan de “kade”. Elk “product” dat van het schip komt, moet dan van papieren zijn voorzien; wat het product ook is, het moet een “certificaat van manifest” hebben. Het schip was er niet, maar nu is het gemanifesteerd, dus moeten we een “certificaat van manifest” hebben. Dit “certificaat” moet alle specificaties bevatten van het “product” dat wordt “geleverd”: wat het is, hoe groot het is, hoeveel het weegt, en alle details van het “product” moeten op het “certificaat van manifest” worden vermeld. Alle “vitale functies” van het “product” moeten op het “geboortecertificaat” worden vermeld.
Toen jij geboren werd, brak het “water” van je moeder en kwam je door het geboortekanaal op de wereld; schepen gebruiken kanalen om het land binnen te komen. Je moeder “leverde” je af in de “delivery room (verloskamer)”, waarna de dokter (het dok), al je “vitale tekenen” noteerde op een “geboorteakte”. Hoe lang je was, hoeveel je woog, wat je geslacht was, en al de rest van je “vitale tekenen” werden op de “geboorteakte” genoteerd. Dit is allemaal precies hetzelfde als alle internationale maritieme admiraliteit “producten” worden behandeld – door de wet.
Ze nemen zelfs een afdruk van je voetzolen wanneer je geboren wordt; dit is niet voor “identificatie”, het symboliseert het in bezit nemen van je ziel — “zij” proberen de essentie van je wezen in bezit te nemen.
Onder het internationale zeerecht ben je een product, een grondstof, net als olie, gas, steenkool of iets anders waar ze geld aan kunnen verdienen. Je bent eigendom, en daarom noemen ze ons “human resources.” Je hebt een “HR-afdeling” op je werk, omdat je niets meer bent dan een hulpbron – een menselijke hulpbron. Bij wet — is het menselijk ras eigendom.
Wanneer een persoon wordt geboren, moet de “moeder” de “geboorteakte (certificaat)” ondertekenen, maar op de “geboorteakte” staat niet dat het de “moeder” is die het “product” heeft “afgeleverd”; er staat dat de “informant” het product heeft afgeleverd. Vervolgens wordt de originele “geboorteakte” naar het Ministerie van Handel gestuurd, waar je fysieke lichaam een “waardepapier” wordt op de beurs van New York.
Als je ooit een blik zou kunnen werpen op je originele geboorteakte, zou je zien dat deze is verhandeld, gekocht en verkocht van bank tot bank over de hele wereld. Hoe noemen we mensen, menselijke wezens, die legaal gekocht en verkocht worden? Wat is de definitie van een persoon die legaal “betaald” en “eigendom” is — bij wet? Dit zou de definitie zijn van wat een slaaf is. Volgens de wet zijn we slaven — wij allemaal. Denk daar eens een minuutje over na … onaanvaardbaar!
Rechtbanken zijn banken
Als je een rechtbank binnengaat, ga je een bank binnen; de banken zijn eigenaar van de rechtbanken – bij wet. Binnen de rechtbank is een “fence (hek)” dat een “gate (poort)” heeft met een stuk hout erbovenop dat “de bar” heet. Je moet “voorbij de bar gaan” om gekwalificeerd te zijn om buiten die “fence” en “gate” te werken, in een rechtbank. Als je niet “voorbij de bar gegaan bent”, kun je maar beter bij iemand zijn die dat wel gedaan heeft, anders kun je in een heleboel problemen komen.
Voor de “gate” bevindt zich het gedeelte van de rechtszaal waar waarnemers mogen zitten; dit gedeelte vertegenwoordigt het “recht van het land”. Aan de andere kant van de poort bevinden zich de rechter, de ambtenaren en de jury; dit gebied vertegenwoordigt het “recht van de zee” (internationaal zeerecht). Wanneer je voor het eerst de rechtbank binnenkomt hebben “zij” geen jurisdictie over jou, omdat je je in het gebied bevindt dat beheerst wordt door de “wet van het land” — het natuurrecht. Het natuurrecht is superieur aan de “wet van het water” (wet van de zee), waar de rechtbank onder valt. Zodra u uw hand op “de bar” legt en “door” de “gate” gaat, valt u nu onder het internationale zeerecht (het waterrecht); als de zaken niet naar uw zin gaan, kunt u in “heet water” terechtkomen — iemand moet u misschien “vrijkopen”.
In de rechtbank bent u onderworpen aan de “wet van het water” – internationaal maritiem admiraliteitsrecht – of u dat nu leuk vindt of niet. De rechter zit, en oordeelt, vanaf de “bank”, die verhoogd is. Daarom moet u omhoog kijken naar “de wet” terwijl de rechter op u neerkijkt. De rechter regeert vanaf de bank. Daarom krijg je een “bank” bevel, als je de bank niet betaalt wat voor geld ze ook van je willen. Als je niet kunt betalen, zit je in nog meer “heet water”.
Dit is niet zomaar een woordspeling; het is internationaal maritiem admiraliteitsrecht.
Mensen zijn corporaties (bedrijven)
In de jaren 1870 besloten corporaties (achter de schermen) dat alle mensen corporaties moesten worden. Zij maakten van alle mensen legale corporaties; dit is de reden waarom op alle juridische papierwerk “UW NAAM” in hoofdletters staat. Het vertegenwoordigt niet u de “natuurlijke persoon” (dat is wat we eigenlijk zijn); het vertegenwoordigt de onnatuurlijke nep corporatie versie van een “persoon”. Dit is de reden waarom “we have company over to our house (mensen op bezoek hebben). Mensen moeten zich “met hun eigen business (zaken) bemoeien”, want “my business is none of your business (je moet je niet met mijn zaken moeien)” — het zijn allemaal businesses (bedrijven).
Daarom moet je een huwelijkslicentie hebben als je gaat trouwen; als twee bedrijven zaken willen doen en eventueel een product willen maken, moeten ze daarvoor een licentie hebben. Net als bij twee bedrijven moet je een vergunning hebben (toestemming van de overheid) wanneer je wettelijke partners wordt. Het internationale zeerecht is de reden waarom mensen, menselijke wezens, papieren, vergunningen en licenties (toestemming) moeten hebben om normale menselijke activiteiten te kunnen doen. Volgens de wet — bent u geen “persoon” — bent u een bedrijf. Je moet een vergunning hebben om zaken te doen; dit is de reden waarom we een vergunning moeten hebben om bijna alles te doen.
Alles heeft te maken met de “wet van het water”; in je relation-ship (relatie), je partner-ship (samenwerking), en in je citizen-ship (staatsburgerschap): “don’t rock the boat (zorg voor geen problemen)” — het “schip” kan zinken.
Wij zijn eigendom
Als twee bedrijven “business” met elkaar willen doen, moeten zij daarvoor toestemming hebben van de overheid. Advocaten stellen al het papierwerk samen met alle details en afspraken van de overeenkomst, zodat het allemaal “legaal” is. Wanneer alles is uitgewerkt, wordt het papierwerk doorgestuurd naar het ministerie. Na goedkeuring hebben de twee bedrijven toestemming van de overheid om verder te gaan met hun zaken, volgens het contract. Indien zij zaken zouden doen zonder toestemming van de regering, zou dat als onwettig worden beschouwd.
Hetzelfde geldt voor een “huwelijk” tussen twee mensen. Als die twee mensen (bedrijven) een kind (product) voortbrengen, moet u, aangezien de regering toestemming heeft gegeven om de “business (handel)” in “het voortbrengen van een product” uit te oefenen, hun regels volgen; zo niet, dan kunnen zij het kind van u afnemen. Op deze manier is de overheid een derde partner in de “zakelijke overeenkomst” die u een “huwelijk” noemt.
Net als bij een bedrijf moet je, als je “huwelijk” eindigt, naar de rechter stappen om de overeenkomst “wettelijk” te beëindigen. Wanneer een kind ter wereld wordt gebracht, is het kind wettelijk een “product” van twee bedrijven — dat gekocht, verkocht en betaald kan worden — op de New York Stock Exchange. Kinderen zijn eigendom vanaf de geboorte; we zijn allemaal eigendom — vanaf de geboorte. Iemand bezit jou; je fysieke lichaam is het wettelijke eigendom van iemand anders — bij wet.
Het is gewoon business
“Het is niets persoonlijks, it’s just business.” We horen dat de hele tijd, en het is waar; het is allemaal “gewoon zaken doen” — alles wat we doen is “zaken doen”, wettelijk toch. Mensen die “zaken doen” zijn altijd gewoon “proberen om geld te verdienen” – dat is alles wat ze doen. Misschien heeft dit iets te maken met het feit dat zoveel mensen andere mensen zo gemakkelijk kunnen behandelen alsof ze niet menselijk zijn. We zijn op zoveel manieren geconditioneerd om elkaar als vuilnis te behandelen, en om te geloven dat mensen geen waarde hebben — tenzij ze geld opleveren.
Elk bedrijf is wettelijk verplicht om “geld te verdienen” en “winstgevend te zijn”; elk mens moet hetzelfde doen, anders wordt hij door de rest van de samenleving zeer slecht bekeken. Wij hebben in zoveel opzichten onze menselijkheid verloren; het internationale zeerecht heeft hier iets mee te maken — wij moeten de mens meer waarderen dan dit.
Wij zijn geen “producten”, en wij zijn geen “eigendom”! Wij zijn soevereine, in de natuur geboren, individuele mensen die op het land leven, met rechten die vanzelfsprekend en onvervreemdbaar zijn. Wij hebben deze rechten verkregen door onze geboorte, en zij kunnen ons niet worden ontnomen.
Onze rechten kunnen niet van ons worden vervreemd, weggestemd of verdrongen door door de mens gemaakte nepwetten zoals het internationale zeerecht — het is absurd dat we het zo ver hebben laten komen.
We kunnen “vrij” zijn wanneer we maar willen. Wat zullen we kiezen? Wat ga jij kiezen? Wat zal ik kiezen? … Vrijheid… Ik kies vrijheid.
BRON