Onlangs hoorde ik het weer, dat totaal verkeerde begrip van cynisme. Hierbij werden de aloude vooroordelen die “the powers that be” ons al jarenlang in het oor fluisteren nog maar eens herhaald. Cynisme is bitterheid, is het slechte in mensen zoeken, is het tegendeel van idealisme. Fout, fout en nog eens fout. Etymologisch gezien komt het woord uit het Grieks en betekent “hond”. Daarom worden de volgelingen van Diogenes van Sinope ook de volgelingen van de hond genoemd. Dat was toen al beledigend bedoeld. Maar de vergelijking gaat op. Want als er dingen zijn die honden niet vertonen, dan zijn het wel bitterheid, wantrouwen en defaitisme. Een hond is altijd hoopvol en optimistisch. Zelfs de gebroken hond, die vals en agressief geworden is, loopt zijn folteraar nog kwispelend tegemoet.
Een cynisch mens is eerlijk en neemt mensen voor wat ze doen. Cynisme is het tegendeel van huichelarij. Het is een begripsverwarring om machtsmisbruik te faciliteren en onderdanigheid aan te kweken. De mens wordt aangeleerd om alle ellende die door een beperkte groep heersers wordt aangericht te verdringen en zich enkel te richten op de aalmoezen die overblijven. Het beetje dat over de champagnefontein druppelt, als het ware. Dat is het optimisme, het positivisme dat de mens moet leren om in leven te blijven. Je mag spreken over de armoede en de oorlogen in Afrika, je mag er zelfs hulpgoederen gaan uitstrooien, maar je mag de westerse uitbuiting niet zien, laat staan in de openbaarheid brengen. In die zin zijn de grote industriëlen die kinderarbeid, slavernij, diefstal van grondstoffen en levensnoodzakelijke nutsvoorzieningen veroorzaken de échte cynici in de verkeerde betekenis van het woord. Want hoewel ze hun machiavellisme verpakken in enthousiasme, medemenselijkheid en idealisme, is hun bedoeling niets meer dan egoïstische zakkenvullerij. De mensen die positivisme propageren helpen hen daarbij. Waartoe deze wijdverspreide hypocrisie zal leiden wordt wellicht duidelijk naargelang het vorderen van de coronacampagne.
Volgens Jeremy Griffith, die de oorzaken voor “la condition humaine” onderzocht, is adolescentie de levensfase waarin het kind de huichelarij in de volwassen wereld ontdekt en zich tegen deze leugenachtige autoriteit begint te verzetten. Zelfdoding is daarom de grootste doodsoorzaak in deze leeftijdsgroep. In zo’n wereld willen ze niet leven. In de film “A dead poets society” wordt dit gevoelig verteld, met Robin Williams als onconventionele leerkracht. Het wordt hem niet in dank afgenomen en triest maar waar, nu zou dat niet anders zijn. Als je luistert naar de teksten van bekende mensen die uit het leven stapten, zoals Kurt Cobain, Jotie ‘t Hooft, Nick Drake e.a. dan begrijp je dat ook beter. Veel auteurs en kunstenaars flirten om deze reden met de dood, zoals Camus, Kafka, Van Gogh en noem maar op. Er is dan ook iets grondig mis met deze wereld en de huidige evolutie belooft geen beterschap. België heeft na Finland het hoogste aantal zelfdoden. Misschien is onze graad van hypocrisie dan ook zeer hoog, want Finland heeft ten minste het excuus van een gebrek aan zonlicht, wat somberheid in de hand werkt.
Spotten met Diogenes is te vergelijken met het belachelijk maken van kritische mensen, waarvoor scheldwoorden zoals “anti-vaxers” of “anarchisten” worden bedacht. Diogenes leefde sober. Hij woonde in een ton en toen hij een kind uit zijn handen zag drinken, gooide hij zijn drinkbeker weg. Naar verluidt was Alexander de Grote een bewonderaar van hem. Toen hij de filosoof naakt in de zon zag liggen, vroeg hij hem of hij met iets kon helpen. “Ja, ga opzij want je staat in mijn zon,” antwoordde Diogenes. Hij doorprikte graag illusies van grootsheid. Diogenes was dan ook de zoon van een heel rijke bankier. Hoe de geldwisselaars die Jezus al uit de tempel verjoeg en de latere bankiersgeslachten heel de mensheid in hun greep kregen, wordt prachtig verteld in de documentaire “The Money Masters” van Bill Still, nog iets meer gecomprimeerd en geactualiseerd in zijn meer recente en prijswinnende film “The secret of Oz”.
Gebrek aan respect voor de autoriteit is een gevaar voor de macht. Daarom moet een cynicus verketterd worden. Je moet veldheren die grote stukken van de aarde veroveren eren en vergeten dat ze veel mensenlevens eisten, plunderden en vernietigden voor eigen gewin. Zoals nu nog, 25 eeuwen na Diogenes, gebeurt.